Welk mobiliteitshulpmiddel past bij jou?

Er bestaan verschillende types mobiliteitshulpmiddelen:

• een manuele rolstoel: standaardrolstoelen, aanpasbare ‘modulaire’ rolstoelen, ‘actieve’ rolstoelen, verzorgingsrolstoelen, rolstoelonderstellen voor een zitschelp en types voor kinderen, zoals duwwandelwagens en kinderrolstoelen
• een elektronische rolstoel: te bedienen met een joystick en bedieningsknoppen (types voor binnen en/of buiten en voor kinderen)
• een elektronische scooter: zitscooters of wagentjes met drie of vier wielen voor zowel binnen als buiten
• een drie- of vierwielfiets en zitdriewielfiets: fietsen voor verplaatsingen buiten en voor wie niet met een gewone tweewieler kan fietsen
• een loophulpmiddel: biedt ondersteuning bij het staan of stappen
• een stasysteem: een elektrisch instelbare statafel die ondersteunt bij het rechtstaan

Goed om te weten

• Je kan niet zomaar een mobiliteitshulpmiddel kiezen. Het is de orthopedisch technoloog mobiliteitshulpmiddelen (verstrekker) die je, op basis van je medisch voorschrift, een mobiliteitshulpmiddel voorstelt en je akkoord vraagt.
• De VSB is bevoegd voor basismobiliteit en aanpassingen. Wanneer het echter gaat om hulpmiddelen voor verplaatsing op middellange afstand, is het VAPH bevoegd (zoals rolstoelfietsen, duofietsen, tandems…).
• Het gaat om hulpmiddelen die je levenslang (of toch lange tijd) nodig hebt. Het gaat hier niet om  krukken of rolstoelen die je tijdelijk leent na een kwetsuur. Hiervoor kan je terecht in de LM-thuiszorgwinkel.